Fanfictie
Geplaatst: di 09 sep 2014, 22:57
“Waar heb je dan al die weken gezeten”, vraagt Mariane aan Geert.
Geert slaakt een diepe zucht en wendt zijn ogen naar de grond. Na een korte stilte recht hij zijn schouders, wendt hij zijn blik naar een hogere orde en snuift hij “Daar kan ik nu nog niet over praten… Het ligt allemaal … zo … gevoelig”.
Mariane voelt zich hulpeloos in haar rolstoel. Als ze nu niet half verlamd was, zou ze rechtveren en Geert zijn vet geven, maar nu…
Er wordt op de deur geklopt en nog voor Mariane “binnen” kan zeggen, waait de deur open. Het is Nancy.
“Dokter Geert, ik heb altijd geweten dat gij het niet geweest zijn, ik heb daar nooit aan getwijfeld. Madam Mariane misschien efkes wel, maar ik niet, nooit, jamais! Binnenkort zal iedereen wel weten dat hij het niet geweest zijt en dan zullen ze hier wel staan met hangende pootjes. En ge moet het madam Mariane niet kwalijk nemen, want ze was er slecht aan toe en ze dacht dat ze nooit meer zou kunnen lopen en helemaal alleen zou moeten revalideren…”
“Het is al goed Nancy, zwijg al maar”, sist Mariane naar Nancy.
“Ik ga even een luchtje scheppen”, zegt dokter Geert. “Bedankt voor het vertrouwen Nancy. Ik ben blij te horen dat niet iedereen zomaar gelooft in roddels.”
Na een verwijtende blik naar Mariane, stapt dokter Geert met militaire pas naar de deur, zijn handen op de rug.
Mariane blijft achter, in haar rolstoel met Nancy.
“Begin maar in de keuken, Nancy, ik wil niemand zien.”
Nancy doet voor één keer zonder morren wat haar gezegd wordt.
"Waar zou Geert nu toch gezeten hebben", vraagt Mariane zich af. Zijn moeder heeft die twee weken grotendeels in het ziekenhuis doorgebracht en ziekenhuizen hebben bezoekuren die gerespecteerd moeten worden. Al die voormiddagen, al die avonden, twee weken lang! De persoon bij wie hij al die tijd gezeten heeft, heeft zijn alibi toch maar bevestigd! Anders had de politie hem niet vrij gelaten.
Mariane voelt dat er meer achter zit en dat het niets met Emma te maken heeft. Maar waarom wil hij dan niets zeggen? Hij zou zichzelf kunnen vrijpleiten bij iedereen in het dorp, maar hij houdt de lippen stijf op elkaar. En ondertussen praten de mensen lustig verder...
***********************
“Goed geslapen, mevrouw Verbeek?”, vraagt Katrien.
“Euh, ja”, antwoordt Peggy, niet al te overtuigend.
“Er is post voor jou”, ik leg het op je nachtkastje.
“Ik kan toch helemaal niet lezen, remember?”, zegt Peggy bitsig.
“Ik denk dat het een CD-rom is”, antwoordt Katrien, met een engelengeduld. “Als ik moet helpen om de CD-rom in je laptop te stoppen..?”
“Neen, het zal wel lukken”, antwoordt Peggy afwimpelend.
Katrien verlaat Peggy’s ziekenhuiskamer. Ze is nog maar één week terug uit Afrika en aan het werk in het ziekenhuis en al meteen ligt het ziekenhuis vol met mensen die ze kent. Eerst Mariane die vanaf haar bekken verlamd is en nu regelmatig moet langskomen op controle. Dan Rosa die nog steeds in de coma ligt na haar ongeval en Peggy die zich vrijwillig heeft laten opnemen. Waldek, Jenny, An, Mayra, zo ongeveer iedereen is kind aan huis in het ziekenhuis waar Katrien sinds een week opnieuw werkt.
Het zijn drukke tijden, maar dat is goed. Dan moet ze niet de hele tijd aan Tim denken. Want Tim is de reden waarom Katrien teruggekomen is naar België. Na haar kortstondige affaire met Mboko, de spoedarts in het ziekenhuis, heeft Katrien opnieuw haar zinnen gezet op Tim. Zijn relatie met Sam is toch maar een bevlieging, heeft ze besloten. Sam wil geen kinderen, dat heeft Paulien haar gezegd. Katrien wil wel kinderen, heel graag zelfs, en zo snel mogelijk! Tim is de ideale man, waarom beseft ze dat nu pas!
Hopelijk komt Mboko haar niet achterna gereisd, zoals hij heeft gezegd in zijn laatste e-mail, want dat zou de zaken alleen maar complexer maken.
Geert slaakt een diepe zucht en wendt zijn ogen naar de grond. Na een korte stilte recht hij zijn schouders, wendt hij zijn blik naar een hogere orde en snuift hij “Daar kan ik nu nog niet over praten… Het ligt allemaal … zo … gevoelig”.
Mariane voelt zich hulpeloos in haar rolstoel. Als ze nu niet half verlamd was, zou ze rechtveren en Geert zijn vet geven, maar nu…
Er wordt op de deur geklopt en nog voor Mariane “binnen” kan zeggen, waait de deur open. Het is Nancy.
“Dokter Geert, ik heb altijd geweten dat gij het niet geweest zijn, ik heb daar nooit aan getwijfeld. Madam Mariane misschien efkes wel, maar ik niet, nooit, jamais! Binnenkort zal iedereen wel weten dat hij het niet geweest zijt en dan zullen ze hier wel staan met hangende pootjes. En ge moet het madam Mariane niet kwalijk nemen, want ze was er slecht aan toe en ze dacht dat ze nooit meer zou kunnen lopen en helemaal alleen zou moeten revalideren…”
“Het is al goed Nancy, zwijg al maar”, sist Mariane naar Nancy.
“Ik ga even een luchtje scheppen”, zegt dokter Geert. “Bedankt voor het vertrouwen Nancy. Ik ben blij te horen dat niet iedereen zomaar gelooft in roddels.”
Na een verwijtende blik naar Mariane, stapt dokter Geert met militaire pas naar de deur, zijn handen op de rug.
Mariane blijft achter, in haar rolstoel met Nancy.
“Begin maar in de keuken, Nancy, ik wil niemand zien.”
Nancy doet voor één keer zonder morren wat haar gezegd wordt.
"Waar zou Geert nu toch gezeten hebben", vraagt Mariane zich af. Zijn moeder heeft die twee weken grotendeels in het ziekenhuis doorgebracht en ziekenhuizen hebben bezoekuren die gerespecteerd moeten worden. Al die voormiddagen, al die avonden, twee weken lang! De persoon bij wie hij al die tijd gezeten heeft, heeft zijn alibi toch maar bevestigd! Anders had de politie hem niet vrij gelaten.
Mariane voelt dat er meer achter zit en dat het niets met Emma te maken heeft. Maar waarom wil hij dan niets zeggen? Hij zou zichzelf kunnen vrijpleiten bij iedereen in het dorp, maar hij houdt de lippen stijf op elkaar. En ondertussen praten de mensen lustig verder...
***********************
“Goed geslapen, mevrouw Verbeek?”, vraagt Katrien.
“Euh, ja”, antwoordt Peggy, niet al te overtuigend.
“Er is post voor jou”, ik leg het op je nachtkastje.
“Ik kan toch helemaal niet lezen, remember?”, zegt Peggy bitsig.
“Ik denk dat het een CD-rom is”, antwoordt Katrien, met een engelengeduld. “Als ik moet helpen om de CD-rom in je laptop te stoppen..?”
“Neen, het zal wel lukken”, antwoordt Peggy afwimpelend.
Katrien verlaat Peggy’s ziekenhuiskamer. Ze is nog maar één week terug uit Afrika en aan het werk in het ziekenhuis en al meteen ligt het ziekenhuis vol met mensen die ze kent. Eerst Mariane die vanaf haar bekken verlamd is en nu regelmatig moet langskomen op controle. Dan Rosa die nog steeds in de coma ligt na haar ongeval en Peggy die zich vrijwillig heeft laten opnemen. Waldek, Jenny, An, Mayra, zo ongeveer iedereen is kind aan huis in het ziekenhuis waar Katrien sinds een week opnieuw werkt.
Het zijn drukke tijden, maar dat is goed. Dan moet ze niet de hele tijd aan Tim denken. Want Tim is de reden waarom Katrien teruggekomen is naar België. Na haar kortstondige affaire met Mboko, de spoedarts in het ziekenhuis, heeft Katrien opnieuw haar zinnen gezet op Tim. Zijn relatie met Sam is toch maar een bevlieging, heeft ze besloten. Sam wil geen kinderen, dat heeft Paulien haar gezegd. Katrien wil wel kinderen, heel graag zelfs, en zo snel mogelijk! Tim is de ideale man, waarom beseft ze dat nu pas!
Hopelijk komt Mboko haar niet achterna gereisd, zoals hij heeft gezegd in zijn laatste e-mail, want dat zou de zaken alleen maar complexer maken.